scholier-in-de-derde-klas
Onderzoek

Wat zijn de meest populaire school­vakken?

De interesse van scholieren voor hun schoolvakken is afgelopen acht jaar flink afgenomen.

De interesse van scholieren voor hun schoolvakken is afgelopen acht jaar flink afgenomen. Ook hun cijfergemiddelde is nog nooit zo laag geweest als afgelopen schooljaar.

Engels en gym al jaren het populairst. Levensbeschouwing het minst populair

Scholieren vinden Engels en Gym al jaren het leukst. Al zien we bij Engels onder vwo’ers wel de laagste interessescore in de afgelopen acht jaar. Lichamelijke opvoeding is populairder bij jongens dan bij meisjes. Gym wordt bij jongens en havo-meisjes het vaakste genoemd als schoolvak dat het meest motiveert. Bij Levensbeschouwing zitten alle groepen alle jaren onder de nullijn. Alleen havo-meisjes komen daar in
2011-2012 heel even bovenuit. Jongens vinden het vak nog vervelender dan meisjes. In 2017-2018 haalde Levensbeschouwing de laagste score in acht jaar tijd. Het laatste jaar zien we een voorzichtige opleving behalve bij havo-meisjes.

Scholieren vinden creatieve vakken steeds minder interessant

Handvaardigheid is niet populair en zeker niet bij jongens. We zien een dalende lijn bij alle scholieren. Tekenen lijkt na een flinke daling ietsjes op te krabbelen de laatste jaren. Bij Muziek was de daling nog dramatischer, maar ook daar zien we laatste jaren weer een stijgende lijn, vooral bij havo-jongens. Voor alle creatieve vakken geldt dat meisjes die leuker vinden dan jongens. Informatiekunde wordt op veel scholen niet meer gegeven, maar is ook beslist niet populair en zeker niet bij meisjes. Bij alle groepen zien we een forse daling.

De interesse in bètavakken groeit bij meisjes en daalt bij jongens

De interesse van meisjes in de bètavakken is gegroeid in deze acht jaar. De interesse van jongens neemt in deze periode juist af. Wel vinden jongens de bètavakken over het algemeen leuker dan meisjes. Daardoor groeien zij qua belangstelling naar elkaar toe. Dat zien we het duidelijkst bij Wiskunde. Daar zit tussen jongens en meisjes bijna geen verschil meer. Bij Techniek is het verschil tussen jongens en meisjes nog wel groot, maar ook daar zien we de belangstelling van jongens afnemen en die van meisjes licht stijgen. Net als bij Scheikunde: de interesse van jongens daalt flink en die van meisjes stijgt of blijft min of meer gelijk. De interesse in Natuurkunde groeit gestaag onder alle groepen vanaf 2011-2012. Rond 2014-2015 begint de interesse van jongens te dalen. Die van vwo-meisjes stabiliseert na een forse groei en die van havo-meisjes blijft groeien. Jongens blijven dit vak wel beduidend leuker vinden dan meisjes. Biologie is het enige bètavak dat meer meisjes leuk vinden. Vwo-meisjes noemen dit ook als meest motiverende vak (bij havo-meisjes op twee). We zien dat havo-meisjes biologie nu interessanter vinden dan vwo-jongens. De daling in interesses is het grootst bij havo-jongens.

Opvallende stijging in interesse Geschiedenis, Aardrijkskunde en Economie

We zien een opvallende stijging in interesse bij Geschiedenis en Aardrijkskunde. Geen enkel schoolvak haalde zo’n hoge score in alle groepen, in een jaar als Geschiedenis vanaf 2017/2018 tot nu. Jongens vinden Geschiedenis interessanter dan meisjes. Wanneer we apart vragen naar inhoudelijk leuke vakken, staat Geschiedenis bij meisjes en havo-jongens op twee en bij vwo-jongens op vier. Aardrijkskunde zit na jarenlange daling weer flink in de lift bij alle groepen. Economie is stabiel populair en groeit qua interesse vooral bij meisjes.

Scholieren zijn steeds negatiever over de talen

Jongens zijn, behalve over Engels, ronduit negatief over de talen (inclusief Nederlands), maar ook bij meisjes daalt de interesse. Duits bereikt bij havo-jongens afgelopen schooljaar een dieptepunt met de laagste score in acht jaar. Voorheen waren meisjes positiever over Duits, maar havo-meisjes vinden Duits nu nog minder leuk dan vwo-jongens. De interesse in Frans daalt ook over de hele linie. Jongens vonden Frans nooit leuk, maar we zien nu ook bij meisjes een verminderde belangstelling. Nederlands krijgt al jaren de meeste neutraal-scores en de minste heel interessant-scores van alle vakken. Jarenlang gaat de interesselijn naar beneden, maar vanaf 2017-2018 lijkt er weer een heel lichte opleving onder alle groepen behalve bij vwo-meisjes; daar gaat de daling onverminderd door. Dit beeld lijkt overeen te komen met de verder afnemende interesse voor de studie Nederlands. De VU in Amsterdam schrapte de studie zelfs vanwege te weinig belangstelling.

De gemiddelde cijfers van scholieren niet eerder zo laag

De gemiddelde cijfers waren nog nooit zo laag als afgelopen schooljaar. In de afgelopen acht jaar zijn de cijfers steeds iets slechter geworden. Dit beeld komt overeen met het beeld dat de Onderwijsinspectie schetst over het onderwijs in De Staat van het Onderwijs (gepubliceerd in 2018). De afgelopen jaren zijn de prestaties van Nederlandse scholieren achteruitgegaan in vergelijking met andere landen.

  • Havo-jongens staan in 2018-2019 gemiddeld een 6,52. Ten opzichte van schooljaar 2014-2015 daalt het gemiddelde met 0,16 punt. Het gemiddelde daalde voor alle vakken behalve voor Tekenen en
    Handvaardigheid.
  • Vwo-jongens staan gemiddeld een 6.83. Het gemiddelde voor Wiskunde is het op een na laagste cijfer van vwo-jongens, toch is wiskunde een van de populairste vakken onder vwo-jongens al zien we wel een
    daling in interesse. Blijkbaar is er niet altijd een verband tussen populariteit van een vak en hoge cijfers. Ook voor Techniek ligt de score voor het eerst in acht jaar onder de 7.
  • Havo-meisjes staan gemiddeld een 6,74. Voor geen enkel vak ligt het gemiddelde cijfer bij havo-meisjes hoger dan het jaar ervoor. Havo-meisjes halen de hoogste cijfers voor creatieve vakken en de laagste cijfers voor Scheikunde en Natuurkunde. Ze halen voor alle vakken hogere cijfers dan havo-jongens.
  • Vwo-meisjes staan gemiddeld het hoogste cijfer: 7,13. Ook zij halen de hoogste gemiddelde cijfers voor de creatieve vakken. Behalve voor gym staan de vwo-meisjes er nu gemiddeld voor alle vakken beter voor dan de vwo-jongens. In 2011-2012 was dat voor vijf vakken nog anders: Lichamelijke opvoeding, Economie, Geschiedenis, Aardrijkskunde en Natuurkunde. Voor Wiskunde en Natuurkunde scoren zij gemiddeld de laagste cijfers, ook al is Wiskunde populair.